Vierwielige trekkers
Vierwielige trekkers
Goedgekeurd door Sociale Partners
Getoetst door Nederlandse Arbeidsinspectie

Positieve toetsing Arboblad (NL Arbeidsinspectie): 13-02-2024

Trekkers worden in de tuinzaadsector in combinatie met werktuigen veelal op het veld ingezet voor verschillende werkzaamheden. Maar met kleine trekkers kunnen werkzaamheden ook in de kassen plaatsvinden. Bijvoorbeeld bij het uitruimen van kassen. Werkzaamheden in de moderne trekker met veiligheidscabine zijn veilig. Risico’s ontstaan bij: het aankoppelen van werktuigen, werken bij een draaiende machine of aftakas, deelname aan het verkeer, het manoeuvreren/achteruitrijden op erven / het land en het werken langs sloten of op hellingen. Bij een ongeval loopt de bestuurder van de trekker het risico uit de trekker geslingerd te worden en (zwaar) letsel op te lopen. Bijvoorbeeld door onder de trekker te belanden. De ervaring leert dat ernstige ongevallen vooral plaatsvinden bij het rijden op de openbare weg en bij werkzaamheden waarbij de trekker kan kantelen. Dit Arboblad gaat in op de veiligheidsrisico’s bij het werken met vierwielige trekkers, blootstelling aan DME (dieselmotoremissies) bij het gebruik/stallen van trekkers in binnenruimtes en de hierbij te nemen beheersmaatregelen. Risico’s als gevolg van lichamelijke belasting door langdurig zittend werk op de trekker valt buiten de scope van dit Arboblad. 

Wat is de gewenste situatie?

De werkplek en werkomgeving zijn zo veilig en gezond mogelijk.

De trekker is veilig en wordt conform de gebruikshandleiding gebruikt en onderhouden. 

Het aankoppelen van werktuigen gebeurt op een veilige en gezonde manier. 

De bestuurders beschikken over een T-rijbewijs en hebben een aantoonbare instructie ontvangen om ongelukken (beknelling, aanrijdingen) te voorkomen. 

Er wordt niet met een trekker / machine in binnenruimtes zoals kassen gereden waarbij uitlaatgassen met dieselrook vrijkomen.

Maatregelen

Algemeen

Check de regels en eisen in de brochure ‘Ik rij veiliger’. Maak gebruik van de e-learning veilig rijden met (landbouw)verkeer. Zorg dat dit altijd een praktijkgedeelte bevat. Herhaal de voorlichting en instructie minimaal eens per 3 jaar en check of de bestuurder de voorlichting en instructie heeft begrepen. 

  • De leidinggevende houdt toezicht op een veilige uitvoering van het werk door medewerkers aan te spreken op al dan niet veilig werken. Stem de mate van toezicht af op de kennis en ervaring van de medewerker en de gevaren van het werk (van steekproefsgewijs toezicht tot intensief toezicht).

Daarnaast verlangt de Arbowet dat de maatregelen in een bepaalde volgorde worden genomen, waarbij eerst naar de bron van het probleem wordt gekeken. Dit wordt de arbeidshygiënische strategie genoemd. Het is alleen toegestaan maatregelen van een lager niveau toe te passen als daar goede redenen voor zijn (technisch, uitvoerende en economische redenen). Die afweging geldt voor elk niveau opnieuw. Als de maatregelen binnen een beheersingsniveau de risico’s niet voldoende wegnemen, kunnen maatregelen uit verschillende niveaus gecombineerd worden. 

(bron) 

-    Geen

 (collectief) 

  •  De trekker wordt conform de gebruikshandleiding gebruikt en onderhouden. EN:
  • Het is niet toegestaan een trekker zelfstandig (ook niet in kruipstand) te laten werken door de trekker tijdens de werkgang te verlaten. EN:
  • Laat de trekker periodiek APK keuren door een deskundige. Een nieuwe land- of bosbouwtrekker moet na 4 jaar voor het eerst gekeurd worden. Daarna moet je het voertuig elke 2 jaar laten keuren. Raadpleeg voor meer informatie: ‘Wanneer, waar en hoe vak land- bosbouwtrekkers APK keuren’ EN:
  • Check ook de chauffeursstoel en gebruik daarbij de checklist onderhoud chauffeursstoel. EN:
  • Verminder de blootstelling aan schokken en trillingen. Stel bij aanschaf hoge eisen aan:
    • de ergonomie van de trekker;
    • trillingsdemping zoals stoeleigenschappen, vooras en cabinevering, eigenschappen van de banden. Bespreek de trillingsnorm waaraan een nieuwe trekker moet voldoen. De dagelijkse toegestane blootstellingsduur is afhankelijk van het trillingsniveau; 
    • gebruik bij kippers en dumpers een kogeltrekhaak om overmatige trillingen en schokken te voorkomen.
    • Zie ook de bijlagen: aftakas en wielen en banden verwisselen. EN:
  • Laat de trillingsdempende rubbers van de trekker met een frequentie zoals aangegeven in de gebruikshandleiding van de leverancier controleren. Vervang deze minimaal eens per vier jaar ter vermindering van de trillingsblootstelling. Kijk ook eens in het rapport ‘Maatregelen ter vermindering van de blootstelling aan trillingen’. EN:
  • Bij storingen of onderhoud: schakel de trekker en de machine uit. EN:
  • De trekker is voorzien van een veiligheidscabine, veiligheidsbeugel of een veiligheidsframe. EN: 
  • Voorkom dat de bestuurder / bijrijder bij incidenten onder de trekker terecht komt; voorzie de zitplaatsen van een veiligheidsgordel (minimaal een heupgordel). EN:
  • Maak afspraken over het gebruik van de veiligheidsgordel. Spreek met de medewerkers af dat als een veiligheidsgordel op de trekker aanwezig is deze altijd wordt gedragen. Zonder een veiligheidsgordel is het niet toegestaan met de trekker op de openbare weg te rijden en daar waar kantelgevaar is zoals bij werkzaamheden langs het water. EN:

 

  • Zorg dat de trekker is voorzien van een laag aankoppelpunt voor getrokken werktuigen om achteroverslaan te voorkomen. EN:
  • Gebruik een koppelsysteem waarbij personen zich niet tussen de trekker en het werktuig hoeven te bevinden. Gebruik bijvoorbeeld een automatisch koppelsysteem. EN:
  • Zorg voor goede verlichting en goed zicht. Voer ook overdag verlichting voor een betere zichtbaarheid. Monteer eventueel extra spiegels of gebruik een camera met monitor. EN:

 Deze spiegels zorgen voor beter zicht / camera

  • Bij materiaal dat voor in de fronthef hangt dat meer dan 3.5 meter voor het hart van het stuurwiel uitsteekt, zijn maatregelen genomen zoals het gebruik van extra spiegels, camera's of begeleiding door een tweede persoon. Dit om veilig over te steken. EN:                                                                                        
  • Laat medewerkers niet rijden met uitrustingsstukken of materieel dat het zicht belemmert. EN:
  • Overweeg bij aanschaf een trekker met luchtdrukremmen voor een goede beremming vanwege de toegenomen snelheid en massa. EN:
  • Voorzie indien praktisch mogelijk de trekker van een trekkerbumper en getrokken werktuigen van een onderrijdbeveiliging om te voorkomen dat een voertuig of weggebruiker bij een botsing onder de wielen van de trekker kan schieten. EN:
  • De trekker en werkzone worden voor aanvang van het werken met de trekker beoordeeld op veiligheid. EN:
  • Bepaal bij werken taluds of hellingen bijvoorbeeld langs slootkanten vooraf welke techniek het beste ingezet kan worden. EN:
  • Gebruik bij het lostrekken van een vastzittende trekker of machine een trekstang of als dat niet mogelijk is, gebruik dan de juiste ketting of (nylon)kabel. Ga vooraf na wat de maximale belasting is en zorg voor voldoende veiligheidsmarge. Hoe onzuiverder de belasting te berekenen is, des te grotere veiligheidsmarge aangehouden moet worden voor de te gebruiken ketting of kabel. EN:
  • Zorg voor de juiste middelen om te waarschuwen voor achtergebleven modder op de openbare en om dit op te ruimen. Denk aan een bezem, schop, mestschuif, borstelwagen of spuit. Zie ook Modder op de weg: wat zijn de regels? EN:
  • Werk in binnenruimtes zoals bij het uitruimen van kassen niet met een trekker / machine met dieselmotor of maak indien mogelijk gebruik van moderne emissiearme motoren die voldoen aan Stage 3b/Tier 4 of hoger of voorzie de uitlaat van de dieselmotor van een roetfilter met een gravimetrisch afvangrendement van minimaal 70%. EN:
  • Bevestig ongebruikte (dubbele) wielen met een ketting aan de muur of plaats deze in een rek zodat deze niet om kunnen vallen. EN:
  • Stel een banden de- en monteerwagen beschikbaar. EN:
  • Banden worden veilig opgepompt. Zie hier voor meer informatie. EN:
  • Zorg voor een opgeruimd overzichtelijk erf met goede buitenverlichting en gescheiden goed zichtbare looppaden. EN:
  • Voorkom kruisend verkeer door waar mogelijk te werken met eenrichting verkeer. EN: 
  • Laat trekkers niet onnodig lang aan staan. EN:
  • Sluit cabines af tijdens pauzes en zorg dat werktuigen veilig worden stilgezet (niet omhoog geheven). EN:
  • Als met taakkaarten wordt gewerkt zorg dat deze up-to-date zijn en de RTK goed werkt.

 (individueel)

  • Gebruik de veiligheidsgordel bij werkzaamheden waarbij kantelgevaar is en op de openbare weg. EN:
  • Zorg dat de kennis en ervaring van de medewerkers afgestemd is op de gevaren van de combinatie trekker - machine - omgeving. 
     

 (PBM)

  • Draag veiligheidsschoeisel minimaal S1 met stroeve zolen. EN:
  • Gebruik werkhandschoenen die beschermen tegen mechanische risico's bij het aan- en afkoppelen van machines. Zie voor meer informatie: Koopwijzer werkhandschoenen EN:
  • Draag gehoorbescherming bij geluidsniveaus hoger dan 80 dB(A).

Preventief medisch onderzoek

Er gelden geen specifieke aandachtspunten in het PMO t.a.v. dit onderwerp. 

Aandachtspunten voor medewerkers

Algemeen

Specifiek bij veilig aan- en afkoppelen

Aandachtspunten met betrekking tot bijzondere groepen

Zwangeren De wet schrijft geen specifieke richtlijnen en regels voor deze doelgroep voor op dit gebied. De inzet- en belastbaarheid van deze werknemers vereist maatwerk in overleg met een leidinggevende, bedrijfsarts of andere bevoegde.
Anderstaligen Bied instructie en voorlichting in meerdere talen aan. Pictogrammen kunnen hierbij een visuele ondersteuning geven. 
Jongeren (jeugdigen/kinderen) Jeugdigen 16 en 17 jarigen mogen alleen een trekker besturen als zij in het bezit zijn van een T-rijbewijs. Laat kinderen 13, 14 en 15 jarigen geen trekker besturen.
   

 

Relevante wetgeving 

  1. Arbeidsmiddelen en machineveiligheid (7.17 a lid 4, 7.17 b lid 2, 7.4 lid 3 en 4) 
  2. Trillingen (6.11c lid 1d)
  3. Persoonlijke beschermingsmiddelen (8.3 lid 1)

Meer info

  • Uitlaatgassen (dieselmotoremissie) zijn zeer schadelijk voor de gezondheid. Als medewerkers dieseluitlaatgassen (DME) inademen, lopen zij een verhoogde kans op het krijgen van longkanker en blaaskanker. Daarnaast kan het inademen van DME bijdragen aan het ontstaan van ernstige longaandoeningen zoals COPD en astma, en hart- en vaatziekten. Er zijn ook effecten die direct merkbaar zijn, zoals irritatie van de ogen en luchtwegen (‘het slaat op de keel’). DME staat op de SZW-lijst van kankerverwekkende stoffen en processen. De werkgever is verplicht diesel aangedreven voertuigen en arbeidsmiddelen te vervangen door andere typen aandrijving bijvoorbeeld elektrisch of als dit nog niet technisch haalbaar is de blootstelling aan DME zoveel mogelijk te verminderen door schone motoren of roetfilters.

Gebruikte basisdocumenten

Heb je vragen of nog extra hulp nodig?

Een gezond bedrijf. Zo doe je dat!

Hebben jouw medewerkers een gezonde werkplek? Werken ze allemaal even veilig? En net zo belangrijk: zitten ze lekker in hun vel? Vragen waar wij het antwoord op weten.
Bij Stigas hebben we jarenlange ervaring met het zorgen voor gezonde medewerkers in agrarische en groene bedrijven. Gezonde medewerkers zorgen namelijk voor gezonde bedrijven. En gezonde bedrijven zorgen voor een gezonde sector.

Vrouw met mobiel